Een goede schatting van de aquifereigenschappen porositeit, permeabiliteit en netto-bruto is een vereiste voor het kunnen berekenen van het geothermisch potentieel. Voor het berekenen van de kaarten van de aquifereigenschappen is een generieke werkwijze ontwikkeld.
Binnen de workflow wordt van een aquifer eerst op basis van de beschikbare porositeitsdata, porositeit-diepterelaties en de maximale begravingsdiepte een porositeitskaart gemaakt Uit deze kaart wordt vervolgens een permeabiliteitskaart afgeleid. Daarnaast wordt van een aquifer een netto-brutokaart gemaakt.
Omdat de basis van de workflow een eenvoudige op porositeit-diepte gebaseerde porositeitstrendkaart is, is deze universeel toepasbaar, ook wanneer weinig gegevens beschikbaar zijn. Wel zijn de resultaatkaarten onzeker wanneer de porositeit-diepterelatie en/of porositeit-permeabiliteitrelatie moeilijk te bepalen is vanwege gebrek aan gegevens. Dit laatste geldt in sterke mate voor de Paleogene aquifers (met uitzondering van het Zand van Brussel Laagpakket) en voor de Nederweert Zandsteen, alsmede voor de 'Kolenkalk' (Dinantian).